Op 1 oktober 2021 is René, tijdens de algemene ledenvergadering, gekozen als nieuw bestuurslid van het NALK.

René Oosterwijk (1962) is sedert 7 jaar werkzaam als pijnrevalidatiearts-medisch directeur bij CIR revalidatie, een zelfstandig behandelcentrum voor mensen met chronische pijnklachten van het bewegingsapparaat, opgericht in 1988 en met 6 vestigingen in Nederland. Hij is 22 jaar revalidatiearts en heeft gewerkt in het voormalig Westfriesgasthuis in Hoorn en 14 jaar in de Noordwest ziekenhuisgroep lokatie Alkmaar, alwaar hij medisch hoofd van de zorggroep revalidatie en herstel en plaatsvervangend opleider was. Daarnaast heeft hij veel nascholingen verzorgd voor het ITON (Instituut voor Toegepaste Neurowetenschappen in Haarlem) over de neurobiologische achtergronden en klinische verschijnselen van chronische pijnsyndromen.

“Als revalidatiearts ben ik al zeer lang geïnteresseerd in chronische pijn en andere aanhoudende lichamelijke klachten. In de ziekenhuiszorg is zoals bekend een belangrijke groep patiënten op zoek naar een oorzaak voor hun klacht waarbij een puur medische oorzaak niet te achterhalen is. Hierdoor is er helaas vaak sprake van ondoelmatige zorg en frustratie bij veel patiënten. Als ziekenhuisarts werd ik geconsulteerd bij patiënten met ingewikkelde gezondheidsproblematiek om vanuit een brede, biopsychosociale visie mee te denken over een oplossing. Daarom ben ik sinds 2001 ook aangesloten bij de International College of Psychosomatic Medicine.
Helaas staat de pijnrevalidatie op dit moment onder grote druk en doet het zorginstituut een duidingstraject naar de wetenschappelijke onderbouwing hiervan. Bij het CIR kan ik, ook door intensieve samenwerking met Prof. Rob Smeets, hoogleraar pijnrevalidatie bij de Universiteit Maastricht en eveneens werkzaam bij het CIR, de zorg voor patiënten met complexe pijnproblematiek blijven bieden en willen we de bewijskracht en duurzaamheid daarvan aantonen.
Ik denk dat in de toekomst een intensievere samenwerking tussen de revalidatiegeneeskunde met de GGZ van belang is om de zorg voor patiënten met aanhoudende lichamelijke klachten goed te organiseren en verder te verbeteren. Ik ben dan ook erg verheugd met deze bestuursfunctie en hoop daaraan mijn bijdrage te kunnen leveren”.