Functioneel cognitieve stoornissen: te weinig herkend en behandeld?

Functioneel cognitieve stoornissen: te weinig herkend en behandeld?

Bron: artikel is afkomstig van solk.nl

In de dagelijkse praktijk van diagnostiek en behandeling van patiënten met Somatisch Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK) zien we veel patiënten met cognitieve klachten, zoals een slecht geheugen of moeite met concentreren. Sommige patiënten hebben last van een waas in hun hoofd, ook wel ‘brain fog’ genoemd.

Bij ernstige cognitieve klachten kan er gedacht worden aan neurodegeneratieve aandoeningen, zoals dementie. De auteurs van onderstaand review (McWirther e.a. 2019) vonden het opvallend dat er veel onderzoek wordt verricht naar diagnostiek en behandeling van neurodegeneratieve aandoeningen, maar dat er bijna geen aandacht is voor de veel frequenter voorkomende functioneel cognitieve klachten. Ze hadden de hypothese dat veel mensen die voor nadere diagnostiek in een geheugenkliniek komen, géén dementie hebben, en ook geen voorstadium van dementie, maar dat er vaak sprake is van functionele cognitieve klachten. Oftewel: échte cognitieve klachten, maar zonder eenduidige somatische verklaring.
Functioneel cognitieve klachten kunnen geïsoleerd voorkomen in het kader van een functioneel cognitieve stoornis. Ook worden functioneel cognitieve klachten gezien bij andere aandoeningen, zoals bijvoorbeeld functionele bewegingsstoornissen, psychogene niet-epileptische aanvallen, fibromyalgie, chronisch-vermoeidheidssyndroom of een pijnstoornis.

Met een systematische review werd onderzocht hoe vaak de diagnose ‘functioneel cognitieve stoornis’ wordt gesteld in geheugenklinieken en wat klinische kenmerken zijn. Auteurs vonden in hun review, met in totaal 38 studies bij 13.637 patiënten, dat bij mensen die onderzocht worden in een geheugenkliniek, er bij 53% dementie wordt vastgesteld. Bij minstens 24% lijkt er sprake van functioneel cognitieve klachten.
Bij mensen met functioneel cognitieve klachten zijn de klinische bevindingen meestal inconsistent. De cognitieve problemen zijn bijvoorbeeld sterk situatie-afhankelijk (bijvoorbeeld wel thuis, maar niet in de spreekkamer). Het kan ook zijn dat op meetinstrumenten voor cognitieve stoornissen wisselende prestaties zichtbaar worden. Dit is vergelijkbaar met functionele bewegingsstoornissen, waar inconsistenties ook een positief diagnostisch criterium vormen voor functionele klachten. Dat inconsistenties kenmerkend voor functionele cognitieve klachten zijn, is belangrijk te benadrukken, omdat onterecht gedacht kan worden dat er sprake is van bewust onderpresteren of simulatie.

Tabel 1: Voorbeelden van ‘positieve symptomen’ in gedrag en taal waarbij aan functioneel cognitieve stoornis gedacht kan worden (McWirther e.a. 2019)

Functioneel cognitieve stoornis > Neurodegeneratieve hersenziekte

Patiënt komt alleen > Patiënt komt met iemand samen

Patiënt is zichzelf bewust van het probleem >  Anderen zijn zich vooral bewust van het probleem

Antwoordt onafhankelijk > Kijkt naar ander voor beantwoording vragen (‘head turn sign’)

Gedetailleerde beschrijving klachten (lijst mee) >  Afwezigheid details bij beschrijven van klachten

Beantwoordt vragen met multiple onderdelen > Beantwoordt alleen eenduidige vragen

Kan begin van klachten precies dateren > Moeite met het dateren van het begin van de klachten

Instabiel verloop > Progressief beloop

Ook denken auteurs dat mensen bij wie ‘milde cognitieve beperkingen’ wordt gediagnosticeerd in plaats van een functionele cognitieve stoornis, iatrogene schade kunnen oplopen. Het is nogal wat om te horen dat je dementie zult kunnen ontwikkelen. In de behandeling van functionele cognitieve stoornissen lijkt een positieve benadering, zoals bij andere functioneel neurologisch-symptoomstoornissen essentieel. Bijvoorbeeld iemand uitleggen wat hij wél heeft en niet alleen somatische verklaringen uitsluiten. Daarnaast is het belangrijk de mogelijkheid van herstel te bespreken. Tot slot moet verder onderzocht worden hoe patiënten weer controle kunnen krijgen over hun cognitieve functies. Dit is waarschijnlijk net anders dan bij de behandeling van andere functioneel neurologisch-symptoomstoornissen, omdat cognitieve klachten interfereren met het behandelproces (bijvoorbeeld onthouden wat er besproken is, plannen huiswerk, et cetera).

McWhirter L, Ritchie C, Stone J, Carson A. Functional cognitive disorders: a systematic review. Lancet Psychiatry. 2019 Nov 12.