
26 sep Moeilijk behandelbare reumatoïde artritis: een biopsychosociaal perspectief

Moeilijk behandelbare reumatoïde artritis: een biopsychosociaal perspectief
Auteur: Lineke Tak.
Reumatoïde artritis (RA) is een chronische auto-immuunziekte waarbij het afweersysteem het eigen gewrichtsweefsel aanvalt, wat kan leiden tot pijn, zwelling, stijfheid en op termijn gewrichtsschade. Bij de meeste mensen met RA zorgen medicijnen – de zogenaamde DMARD’s (disease modifying anti-rheumatic drugs), zoals methotrexaat of infliximab – ervoor dat ontstekingen worden afgeremd en gewrichtsschade wordt beperkt.
Toch houdt bij ongeveer 5 tot 20% van de patiënten de ziekte klachten, ondanks meerdere behandelpogingen met verschillende DMARD’s en goed gebruik van de medicatie. Deze groep wordt aangeduid als difficult-to-treat RA ofwel moeilijk behandelbare RA. Binnen deze groep zijn grofweg twee situaties te onderscheiden: (1) patiënten met aanhoudende, meetbare ontstekingsactiviteit en (2) patiënten met vooral blijvende klachten zoals pijn, stijfheid en vermoeidheid, ondanks dat de ontsteking lijkt onderdrukt. In beide gevallen is de impact op dagelijks functioneren en kwaliteit van leven groot.
Een recente overzichtsstudie onderzocht welke biopsychosociale factoren samenhangen met het aanhouden van klachten bij moeilijk behandelbare RA:
Biologisch: genetische varianten die de werking van DMARD’s beïnvloeden of zorgen voor een sterkere ontstekingsreactie; leefstijlfactoren zoals roken of overgewicht.
Psychologisch: stress, depressieve klachten, copingstijl en algemeen emotioneel welbevinden
Sociaal: een lagere sociaaleconomische positie of een beperkt sociaal netwerk kan het omgaan met de ziekte en het volgen van behandelingen bemoeilijken.
Hoewel er relatief veel onderzoek wordt gedaan naar biologische factoren bij moeilijk behandelbare RA, contateren de auteurs dat er weinig hoogwaardig onderzoek is naar psychosociale factoren. Er is ook weinig bekend over hoe biologische, psychologische en sociale factoren elkaar beïnvloeden en welke rol ze afzonderlijk of gezamenlijk spelen bij het voortduren van klachten. Bovendien is nauwelijks onderzocht of gerichte psychologische of sociale interventies de uitkomsten voor deze groep patiënten kunnen verbeteren.
Toekomstig onderzoek zal dus niet alleen moeten kijken naar nieuwe medicijnen, maar ook naar hoe een geïntegreerde aanpak – waarin biologische, psychologische én sociale factoren samen worden meegenomen – kan bijdragen aan betere behandelresultaten voor mensen met moeilijk behandelbare RA.